DEMONSTRATITIVE PRONOUNS (AANWIJZEND VOORNAAMWOORDEN)


Bekijk hieronder tot op welk niveau je de uitleg zou moeten bekijken...

Als je op begin brugklas niveau zit: bekijk t/m A1
Als je op 1HM niveau zit: bekijk t/m A1+
Als je op 2M of 1AH niveau zit: bekijk t/m A2
Als je op 2HM niveau zit: bekijk t/m A2+
Als je op 2AH, 3M, 3H of 4M niveau zit: bekijk t/m B1
Als je op 3A niveau zit: bekijk t/m B1+
Als je op 4H, 4A of 5H niveau zit: bekijk t/m B2
Als je op 5A niveau zit: bekijk t/m B2+
Als je op 6A niveau zit: bekijk t/m C1
Als je ook boven 6A niveau wilt zien: bekijk t/m C2

LINKS

Ga naar alle verschillende soorten oefeningen over dit grammatica-onderwerp

A1


A1

A1+


Zoals de naam al zegt, is het mogelijk met aanwijzend voornaamwoorden dingen aan te wijzen. In het Nederland kennen we deze en die. In het Engels kennen we er vier: this, that, these en those. Welke je hoort te gebruiken hangt af van het aantal (één of meerdere) en nabijheid (dichtbij of verder weg).

  Dichtbij Verder weg
Enkelvoud this that
Meervoud these those
This is my best friend, standing next to me
This is the coolest sweater I have ever worn
These are the rules we have to live by
These books, here in my bag, are fun to read
That man over there is my uncle
Take care not to hit that old lady there with your car
Can you see those traffic lights?
Those men are still quite far away

A2


A2

A2+


A2+

B1


B1

B1+


B1+

B2


B2

B2+


B2+

C1


C1

C2


C2

01-12-2020 - 30-01-2021