PHRASAL VERBS (COMBINATIEWERKWOORDEN)


Bekijk hieronder tot op welk niveau je de uitleg zou moeten bekijken...

Als je op begin brugklas niveau zit: bekijk t/m A1
Als je op 1HM niveau zit: bekijk t/m A1+
Als je op 2M of 1AH niveau zit: bekijk t/m A2
Als je op 2HM niveau zit: bekijk t/m A2+
Als je op 2AH, 3M, 3H of 4M niveau zit: bekijk t/m B1
Als je op 3A niveau zit: bekijk t/m B1+
Als je op 4H, 4A of 5H niveau zit: bekijk t/m B2
Als je op 5A niveau zit: bekijk t/m B2+
Als je op 6A niveau zit: bekijk t/m C1
Als je ook boven 6A niveau wilt zien: bekijk t/m C2

LINKS

Ga naar alle verschillende soorten oefeningen over dit grammatica-onderwerp

Een enorm overzicht van 2000 combinatiewerkwoorden

A1


A1

A1+


A1+

A2


In het Engels zijn er veel combinaties van werkwoorden met een voorzetsel (zoals keen on), met een bijwoord (zoals look down), of met beiden (zoals look forward to). Afhankelijk van je niveau hoor je er een aantal te kennen...

feel like
fond of
get off (e.g. a bus)
get on (e.g. a bus)
get to (travel to somewhere)
get up (get out of bed)
grow up
good at
interested in
keen on
lie down
look at (this photograph)
look for (try to find something)
look like
proud of
pick up (a heavy bag)
put down (a heavy bag)
put on (get dressed)
smell like
sound like
stand up
switch off (e.g. a light)
switch on (e.g. a light)
take off (get undressed)
taste like
turn off
turn on

A2+


A2+

B1


Op het B1 niveau komen erbij...


carry on (continue)
discriminate against (= discrimineren; discriminate = onderscheiden)
go away (go on holiday)
go down (lower the price)
go on (continue)
go out (a light or fire not burning anymore/go to a bar)
go up (raise the price)
listen to
look after (take care of something/somebody)
look something up (find information)
put down (lower the price)
put off (delay)
put out (a light or fire by the switch or with water)
put up (raise the price)
take care of
take off (an aeroplane)

B1+


Op B1+ niveau komen erbij...

come across (find by accident)
give up (smoking)
get on with (be friends)
get over (recover)
go off (explode)
go off (rot)
let someone down (break a promise)
look forward to (anticipate with pleasure)
look into (investigate)
make off (escape)
make up (pretend)
put up with (tolerate)
set out / set off (start a journey)
take after (resemble e.g. father to son)
turn up (arrive)

B2


B2

B2+


Op B2+ niveau komen erbij...

participate in
reply to (answer)
respond to (answer)

C1


Op C1 niveau komen erbij...

be a member of
elaborate on
take part in

C2


Er zijn duizenden combinatiewerkwoorden. Wil je meer weten, kijk naar de link met 2000 combinatiewerkwoorden, hier rechtsboven.

19-12-2020 - 30-01-2021