CONCURRENCE (OVEREENSTEMMING)


Bekijk hieronder tot op welk niveau je de uitleg zou moeten bekijken...

Als je op begin brugklas niveau zit: bekijk t/m A1
Als je op 1HM niveau zit: bekijk t/m A1+
Als je op 2M of 1AH niveau zit: bekijk t/m A2
Als je op 2HM niveau zit: bekijk t/m A2+
Als je op 2AH, 3M, 3H of 4M niveau zit: bekijk t/m B1
Als je op 3A niveau zit: bekijk t/m B1+
Als je op 4H, 4A of 5H niveau zit: bekijk t/m B2
Als je op 5A niveau zit: bekijk t/m B2+
Als je op 6A niveau zit: bekijk t/m C1
Als je ook boven 6A niveau wilt zien: bekijk t/m C2

LINKS

Ga naar alle verschillende soorten oefeningen over dit grammatica-onderwerp

Bekijk ook Informatie over Hulpwerkwoorden

A1


A1

A1+


A1+

A2


A2

A2+


A2+

B1


Either en so worden gebruikt als je in het Engels "ook niet" of "ook (wel)" wilt zeggen.

So is "ook (wel)" - te gebruiken bij bevestigende zinnen

Neither is "ook niet" - te gebruiken bij ontkennende zinnen

 

Bij een hulpwerkwoord:

Neither/so + hetzelfde hulpwerkwoord + een onderwerp

We can swim and...so can I.

He can never swim and...neither can they.

Let op dat je vormen van "to be" en "to have" wel goed moet vervoegen en niet zomaar herhalen:

He has gone away and so have they.

He is not ugly and neither are they.

 

Indien geen Hulpwerkwoord:

Neither/so + een vorm van "to do" + een onderwerp

We visit our grandmother and so do they (tegenwoordige tijd van "visit" dus een tegenwoordige tijd van "to do")

We never sleep in a waterbed and neither does she

verleden tijd:

Neither/so + een vorm van "to do" + een onderwerp

We visited our grandmother and so did they (verleden tijd van "visit" dus de verleden tijd van "to do")

We never slept in a waterbed and neither did she

B1+


B1+

B2


B2

B2+


B2+

C1


C1

C2


C2

22-11-2020 - 30-01-2021