PRESENT PERFECT (VOLTOOID TEGENWOORDIGE TIJD)
Bekijk hieronder tot op welk niveau je de uitleg zou moeten bekijken...
|
LINKS Ga naar alle verschillende soorten oefeningen over dit grammatica-onderwerp
Bekijk ook Past Simple - want die wordt vaak met de Present Perfect verward
|
A1
A1
A1+
De Voltooid Tegenwoordige Tijd
Ten eerste is het belangrijk om te weten dat de naam van een werkwoordstijd in principe niets te maken heeft met wanneer de actie plaatsvindt, maar vertelt hoe de werkwoordsvorm gemaakt moet worden. In dit geval: Tegenwoordige Tijd (Present) dus de tegenwoordige tijdsvorm van een werkwoord + Voltooid (Perfect) dus een voltooid deelwoord van een werkwoord. Voor de tegenwoordige tijd wordt hier altijd has (bij hij, zij of het) of have (bij de rest) gebruikt.
Het voltooid deelwoord wordt bij alle personen (I, we, they, she, etc.) gemaakt door stam + ed. Bij de onregelmatige werkwoorden maak je gebruik van de woorden in de 3e Engelstalige kolom (voorbeeld: bij to go - went - gone maak je gebruik van gone).
Signaalwoorden waarbij meestal de Present Perfect wordt gebruikt zijn ever (ooit in je leven) en never (nooit in je leven).
I have never seen a flying saucer
Pete has never kissed a baby
John has never gone to England
Have you ever seen a flying saucer?
Je gebruik de Present Perfect om te praten over ervaringen in het verleden zonder een bepaalde tijd aan te geven (als je wel een bepaalde tijd aangeeft gebruik je de Past Simple).
A2
Signaalwoorden voor de Present Perfect
Bij A1+ zagen we dat ever en never gebruikt worden als signaalwoord voor de Present Perfect. Let wel op dat never ook gebruikt kan worden bij de Present Simple.
I have never hit babies (Present Perfect - ik heb in heel mijn leven geen baby's geslagen)
I never hit babies (Present Simple - ik sla nooit baby's)
Er zijn nog meer signaalwoorden voor de Present Perfect: just (om aan te geven dat iets recent is gebeurd) en already (benadrukken dat iets eerder dan verwacht gebeurde).
A2+
A2+
B1
Nog meer Signaalwoorden
Ook for (al), since (sinds), lately (de laatste tijd), so far (tot nu toe) en yet (al/nog, in vraagzinnen) zijn signaalwoorden van de Present Perfect.
I have lived in Gouda for ten years
Peter has lived in Haastrecht since 2010
Mary hasn't left yet
Je kunt de meeste signaalwoorden van de present perfect onthouden door het ezelsbruggetje fyne jas: for yet never ever just already since.
Signaalwoorden zijn niet per se nodig voor de Present Perfect. Als je wilt uitdrukken dat een gebeurtenis op een niet specifiek moment in het verleden NU nog steeds relevant is, of nog steeds bezig is, gebruik je de Present Perfect.
I have worked on this wall since this morning (is in het verleden begonnen en nog steeds bezig)
I am very good at karate now because I have learned it in Japan when I was young (is in het verleden gebeurd en nu nog relevant, alhoewel het niet meer bezig is)
B1+
B1+
B2
B2
B2+
B2+
C1
C1
C2
C2